Skip to main content
  • WORD Research this...
    Deuteronomy 4
    •   Nu dan, Israel! hoor naar de inzettingen en naar de rechten, die ik ulieden lere te doen; opdat gij leeft, en henen inkomt, en erft het land, dat de HEERE, uwer vaderen God, u geeft.
    •   Gij zult tot dit woord, dat ik u gebiede, niet toedoen, ook daarvan niet afdoen; opdat gij bewaart de geboden van den HEERE, uw God, die ik u gebiede.
    •   Uw ogen hebben gezien, wat God om Baal-Peor gedaan heeft; want alle man, die Baal-Peor navolgde, dien heeft de HEERE, uw God, uit het midden van u verdaan.
    •   Gij daarentegen, die den HEERE, uw God, aanhingt, gij zijt heden allen levende.
    •   Ziet, ik heb u geleerd de inzettingen en rechten, gelijk als de HEERE, mijn God, mij geboden heeft; opdat gij alzo doet in het midden des lands, waar gij naar toe gaat, om het te erven.
    •   Behoudt ze dan, en doet ze; want dat zal uw wijsheid en uw verstand zijn voor de ogen der volken, die al deze inzettingen horen zullen, en zeggen: Dit groot volk alleen is een wijs en verstandig volk!
    •   Want wat groot volk is er, hetwelk de goden zo nabij zijn als de HEERE, onze God, zo dikwijls als wij Hem aanroepen?
    •   En wat groot volk is er, dat zo rechtvaardige inzettingen en rechten heeft, als deze ganse wet is, die ik heden voor uw aangezicht geef?
    •   Alleenlijk wacht u, en bewaart uw ziel wel, dat gij niet vergeet de dingen, die uw ogen gezien hebben; en dat zij niet van uw hart wijken, al de dagen uws levens; en gij zult ze aan uw kinderen en uw kindskinderen bekend maken.
    • 10   Ten dage, als gij voor het aangezicht des HEEREN, uws Gods, aan Horeb stondt, als de HEERE tot mij zeide: Vergader Mij dit volk, en Ik zal hun Mijn woorden doen horen, die zij zullen leren, om Mij te vrezen al de dagen, die zij op den aardbodem zullen leven, en zij zullen ze hun kinderen leren;
    • 11   En gijlieden naderdet en stondt beneden dien berg; (die berg nu brandde van vuur, tot aan het midden des hemels; er was duisternis, wolken en donkerheid).
    • 12   Zo sprak de HEERE tot u uit het midden des vuurs; gij hoordet de stem der woorden; maar gij zaagt geen gelijkenis, behalve de stem.
    • 13   Toen verkondigde Hij u Zijn verbond, dat Hij u gebood te doen, de tien woorden, en schreef ze op twee stenen tafelen.
    • 14   Ook gebood mij de HEERE ter zelver tijd, dat ik u inzettingen en rechten leren zou; opdat gij die deedt in dat land, naar hetwelk gij doortrekt, om dat te erven.
    • 15   Wacht u dan wel voor uw zielen; want gij hebt geen gelijkenis gezien, ten dage als de HEERE op Horeb uit het midden des vuurs tot u sprak;
    • 16   Opdat gij u niet verderft, en maakt u iets gesnedens, de gelijkenis van enig beeld, van mannelijk of vrouwelijk gedaante,
    • 17   De gedaante van enig beest, dat op de aarde is; de gedaante van enigen gevleugelden vogel, die door den hemel vliegt;
    • 18   De gedaante van iets, dat op den aardbodem kruipt; de gedaante van enigen vis, die in het water is onder de aarde;
    • 19   Dat gij ook uw ogen niet opheft naar den hemel, en aanziet de zon, en de maan, en de sterren, des hemels ganse heir; en wordt aangedreven, dat gij u voor die buigt, en hen dient; dewelke de HEERE uw God, aan alle volken onder den gansen hemel heeft uitgedeeld.
    • 20   Maar ulieden heeft de HEERE aangenomen, en uit den ijzeroven, uit Egypte, uitgevoerd; opdat gij Hem tot een erfvolk zoudt zijn, gelijk het te dezen dage is.
    • 21   Ook vertoornde Zich de HEERE over mij, om ulieder woorden; en Hij zwoer, dat ik over de Jordaan niet zou gaan, en dat ik niet zou komen in dat goede land, dat de HEERE, uw God, u ter erfenis geven zal.
    • 22   Want ik zal in dit land sterven; ik zal over de Jordaan niet gaan; maar gij zult er overgaan, en datzelve goede land erven.
    • 23   Wacht u, dat gij het verbond des HEEREN, uws Gods, hetwelk Hij met u gemaakt heeft, niet vergeet, dat gij u een gesneden beeld zoudt maken, de gelijkenis van iets, dat de HEERE, uw God, u verboden heeft.
    • 24   Want de HEERE, uw God, is een verterend vuur, een ijverig God.
    • 25   Wanneer gij nu kinderen en kindskinderen gewonnen zult hebben, en in het land oud geworden zult zijn, en u zult verderven, dat gij gesneden beelden maakt, de gelijkenis van enig ding, en doet, wat kwaad is in de ogen des HEEREN, uws Gods, om Hem tot toorn te verwekken;
    • 26   Zo roep ik heden den hemel en de aarde tot getuige tegen ulieden, dat gij voorzeker haast zult omkomen van dat land, waar gij over de Jordaan naar toe trekt, om dat te erven; gij zult uw dagen daarin niet verlengen, maar ganselijk verdelgd worden.
    • 27   En de HEERE zal u verstrooien onder de volken; en gij zult een klein volksken in getal overblijven onder de heidenen, waar de HEERE u henen leiden zal.
    • 28   En aldaar zult gij goden dienen, die des mensen handenwerk zijn, hout en steen, die niet zien, noch horen, noch eten, noch rieken.
    • 29   Dan zult gij van daar den HEERE, uw God, zoeken, en vinden; als gij Hem zoeken zult met uw ganse hart en met uw ganse ziel.
    • 30   Wanneer gij in angst zult zijn, en u al deze dingen zullen treffen; in het laatste der dagen, dan zult gij wederkeren tot den HEERE, uw God, en Zijn stem gehoorzaam zijn.
    • 31   Want de HEERE, uw God, is een barmhartig God; Hij zal u niet verlaten, noch u verderven; en Hij zal het verbond uwer vaderen, dat Hij hun gezworen heeft, niet vergeten.
    • 32   Want, vraag toch naar de vorige dagen, die voor u geweest zijn, van dien dag af, dat God den mens op de aarde geschapen heeft, van het ene einde des hemels tot aan het andere einde des hemels, of zulk een groot ding geschied of gehoord zij, als dit:
    • 33   Of een volk gehoord hebbe de stem van God, sprekende uit het midden des vuurs, gelijk als gij gehoord hebt, en levend zij gebleven?
    • 34   Of: of God verzocht heeft te gaan, om Zich een volk uit het midden eens volks aan te nemen, door verzoekingen, door tekenen, en door wonderen, en door strijd, en door een sterke hand, en door een uitgestrekten arm, en met grote verschrikkingen; naar al hetgeen de HEERE, uw God, ulieden voor uw ogen in Egypte gedaan heeft?
    • 35   U is het getoond, opdat gij wetet, dat de HEERE die God is; er is niemand meer dan Hij alleen!
    • 36   Van den hemel heeft Hij u Zijn stem laten horen, om u te onderwijzen; en op de aarde heeft Hij u Zijn groot vuur doen zien; en gij hebt Zijn woorden uit het midden des vuurs gehoord.
    • 37   En omdat Hij uw vaderen liefhad, en hun zaad na hen verkoren had, zo heeft Hij u voor Zijn aangezicht door Zijn grote kracht uit Egypte uitgevoerd;
    • 38   Om volken, die groter en machtiger waren dan gij, voor uw aangezicht uit de bezitting te verdrijven; om u in te brengen, dat Hij u hunlieder land ter erfenis gave, als het te dezen dage is.
    • 39   Zo zult gij heden weten, en in uw hart hervatten, dat de HEERE die God is, boven in den hemel, en onder op de aarde, niemand meer!
    • 40   En gij zult houden Zijn inzettingen en Zijn geboden, die ik u heden gebiede, opdat het u en uw kinderen na u welga, en opdat gij de dagen verlengt in het land, dat de HEERE, uw God, u geeft, voor altoos.
    • 41   Toen scheidde Mozes drie steden uit, aan deze zijde van de Jordaan, tegen den opgang der zon;
    • 42   Opdat daarheen vlood de doodslager, die zijn naaste onwetende doodslaat, dien hij van gisteren en eergisteren niet haatte; dat hij in een van deze steden vlood en levend bleef;
    • 43   Bezer in de woestijn, in het effen land, voor de Rubenieten; en Ramoth in Gilead, voor de Gadieten; en Golan in Bazan, voor de Manassieten.
    • 44   Dit is nu de wet, die Mozes de kinderen Israels voorstelde:
    • 45   Dit zijn de getuigenissen, en de inzettingen, en de rechten, die Mozes sprak tot de kinderen Israels, als zij uit Egypte waren uitgetogen;
    • 46   Aan deze zijde van de Jordaan, in het dal tegenover Beth-Peor, in het land van Sihon, den koning der Amorieten, die te Hesbon woonde; welken Mozes sloeg, en de kinderen Israels, als zij uit Egypte waren uitgetogen,
    • 47   En zijn land in bezitting genomen hadden; daartoe het land van Og, koning van Bazan; twee koningen der Amorieten, die aan deze zijde van de Jordaan waren, tegen den opgang der zon;
    • 48   Van Aroer af, dat aan den oever der beek Arnon is, tot aan den berg Sion, welke is Hermon;
    • 49   En al het vlakke veld, aan deze zijde van de Jordaan, naar het oosten, tot aan de zee des vlakken velds, onder Asdoth-Pisga.
  • King James Version (kjv)
    • Active Persistent Session:

      To use a different persistent session key, simply add it above, and click the button below.

      How This All Works

      Your persistent session key, together with your favourite verse, authenticates you. It links to all your notes and tags in the Bible. You can share it with loved ones so they can see your notes and tags.

      However, to modify your notes and tags, you need both the persistent session key and your favourite verse.

      Please Keep Your Favourite Verse Private

      Your persistent session key and favourite verse provide you exclusive access to edit your notes and tags. Think of your persistent session key as a username and your favourite verse as a password. Therefore, ensure your favourite verse is kept private.

      The persistent session key allows viewing, while editing is only possible when the correct favourite verse is provided.

    • Loading...
  • Dutch Staten Vertaling (statenvertaling - 2.1.1)

    2020-08-01

    Dutch (nl)

    \qc BIJBEL

    DAT IS
    DE GANSE HEILIGE SCHRIFT

    BEVATTENDE AL DE KANONIEKE BOEKEN
    VAN HET

    OUDE EN NIEUWE TESTAMENT

    DOOR LAST VAN DE HOOG-MOGENDE HEREN STATEN-GENERAAL DER VERENIGDE NEDERLANDEN EN VOLGENS HET BESLUIT VAN DE SYNODE NATIONAAL GEHOUDEN TE DORDRECHT IN DE JAREN 1618 EN 1619 UIT DE OORSPRONKELIJKE TALEN IN ONZE NEDERLANDSE TAAL GETROUWELIJK OVERGEZET

    Based on electronic edition from Statenvertaling online

    • Encoding: UTF-8
    • Direction: LTR
    • LCSH: Bible.Dutch
    • Distribution Abbreviation: Statenvertaling Bijbel

    License

    Public Domain

    Source (OSIS)

    https://bijbel.coas.nl/bijbel/

    history_1.1
    enciphered module
    history_1.2
    added Morph option
    history_1.3
    switched to public domain textbase, unenciphered, compressed
    history_1.4
    rebuilt from OSIS source, added Haggai
    history_1.5
    fixed book/chapter title display (2008-12-16)
    history_2.0
    (2020-02-08) Rebuilt from source
    history_2.1
    (2020-08-01) Fix unwanted text addition in Re 22:21
    history_2.1.1
    (2022-08-02) Fix typo in configuration file

Basic Hash Usage Explained

At getBible, we've established a robust system to keep our API synchronized with the Crosswire project's modules. Let me explain how this integration works in simple terms.

We source our Bible text directly from the Crosswire modules. To monitor any updates, we generate "hash values" for each chapter, book, and translation. These hash values serve as unique identifiers that change only when the underlying content changes, thereby ensuring a tight integration between getBible and the Crosswire modules.

Every month, an automated process runs for approximately three hours. During this window, we fetch the latest Bible text from the Crosswire modules. Subsequently, we compare the new hash values and the text with the previous ones. Any detected changes trigger updates to both our official getBible hash repository and the Bible API for all affected translations. This system has been operating seamlessly for several years.

Once the updates are complete, any application utilizing our Bible API should monitor the hash values at the chapter, book, or translation level. Spotting a change in these values indicates that they should update their respective systems.

Hash values can change due to various reasons, including textual corrections like adding omitted verses, rectifying spelling errors, or addressing any discrepancies flagged by the publishers maintaining the modules at Crosswire.

The Crosswire initiative, also known as the SWORD Project, is the "source of truth" for getBible. Any modifications in the Crosswire modules get reflected in our API within days, ensuring our users access the most precise and current Bible text. We pledge to uphold this standard as long as getBible exists and our build scripts remain operational.

We're united in our mission to preserve the integrity and authenticity of the Bible text. If you have questions or require additional information, please use our support system. We're here to assist and will respond promptly.

Thank you for your understanding and for being an integral part of the getBible community.

Favourite Verse

You should select one of your favourite verses.

This verse in combination with your session key will be used to authenticate you in the future.

This is currently the active session key.

Should you have another session key from a previous session.
You can add it here to load your previous session.

Deuteronomium 4:

Sharing the Word of God with the world.
  • Share Text
    ...
  • Share Link

Deuteronomium 4:1

Tagging this verse.

The active verse selected text should load here.

Active

Available Tags

Drag and drop the desired tag from the available ones to the active area.

To un-tag a verse, drag and drop the desired tag from active to the available tags area.

Edit Tag

Create Tag

Deuteronomium 4:1

Notes on this verse.

The active verse selected text should load here.